De hybride eclips van 8 april 2005 midden op de grote oceaan
Om deze eclipse van ruim 30 seconden te zien moest ik naar de andere kant van de aardbol reizen en 9 dagen op volle zee vertoeven. Maar het was het allemaal waard.
Nog vol van de werkstress meteen na pasen vertrokken om op 30 maart 2005 eind van de dag aan te komen in Quito, Equador. De volgende dag zijn we met de groep van Astronomical Tours per vliegtuig vertrokken naar Baltra, Galapagos om intrek te nemen op de M/V Galapagos Legend, de boot dus.
Vooraleer de eclipse ‘in mind’ kwam werd eerst een bezoek gebracht aan de diverse Galapagos eilanden, welke bekend zijn vanwege Darwin’s evolutie theorie, om de verschillende diersoorten te bekijken.
Natuurlijk hebben we reuze schildpadden gezien en marine iguana’s maar ook de darwin vinken, landleguanen, flightless comarands, zeeleeuwen, boobies (met hun mooie blauwe poten), penguins met tropische vissen in een shot, zeeschildpadden, lava lizards, white tip haaien, krabben, reigers, roggen, fregatvogels, dolfijnen, walvissen en veel meer.
Dit Galapagos bezoek alleen al was de reis meer dan waard. Maar al na een paar dagen moesten we vertrekken naar de observatie plaats welke zo’n 1100 zeemijlen verderweg lag.
Aan boord waren vrijwel alle professionals onder de eclipse chasers, zoals Fred Espenak, prof. Jay Pasachoff, David Levy, Eli Maor, Vojtech Rusin en vele bekende amateurs. Het bleek ook een behoorlijk internationaal gezelschap te zijn met amateur astronomen uit o.a. Groot Britanie, Iran, Israel, Polen, Zwitserland, Nederland, Japan, Zuid Afrika, Spanje, USA en Slowakije. In totaal waren we met 81 waarnemers.
De boot bleek wel zeewaardig maar was meer gebouwd als hotelboot voor de kalme wateren rondom de Galapagos eilanden. En ondanks het feit dat de zee erg kalm was vloog er regelmatig serviesgoed en bestek (en hele maaltijden) door het restaurant en zagen wij zomaar de tv in onze cabin van het plancet afschuiven, ondanks dat deze aan de ketting lag. Je leert snel hoe alles vast te zetten maar bijvoorbeeld een douche nemen werd ineens een hele onderneming.
Het bleek ook best lastig om ervoor te zorgen dat je ‘s nachts niet uit bed viel en ineens blijk je spieren te moeten gebruiken waarvan je het bestaan niet wist. Met als gevolg dat je ‘s ochtend doodmoe wakker wordt.
De bar heeft op een gegeven moment ook behoorlijk wat schade opgelopen want het kostbare vocht kwam zelfs in de cabin eronder terecht.
In plaats van de gebruikelijke romantische sfeer die je op een ‘cruise schip’ zou verwachten rondom zonsondergang en bij een warme nacht onder de sterren was er hier een heel ander soort bedrijvigheid gaande. Overal struikelde je over de waarnemers met binoculairen, camera’s, telescopen en ingewikkelde gyroscopische monteringen om de beweging van het schip te compenseren. En zelfs bij die ene bewolkte nacht was er vrijwel niemand op het dek te vinden of bij de ‘pool’ bar. We zijn dus toch echt een apart volk moest ik constateren.
Het betrof hier een hybride eclipse. Dat is de versie waarbij de schijnbare maandiameter zowat net zo groot is als de schijnbare zonsdiameter op een welbepaald moment en plaats. Deze eclipse begon dan ook als ringvormig, was heel even totaal, als maan en zon even groot zijn, en eindigde weer als een ringvormige verduistering, zichtbaar vanuit Panama. Hierdoor was het maximale schaduwpad voor de totaliteit slechts 27 km. De positiekeuze was dus gelimiteerd. Maximaal waren 34 seconden totaliteit haalbaar.
Dus 4 volle dagen op de oceaan varen om er te geraken. Met overdag lezingen en ervaringen uitwisselen en ‘s nachts waarnemen en af en toe een pintje drinken. Om tussendoor over zee te staren naar dolfijnen, walvissen, vliegende vissen en passerende haaien.
Behalve de juiste waarneem positie innemen, wat de verantwoording van de kapitein en Fred Espenak was, was de grootste uitdaging het maken van foto’s. Ikzelf heb een schip deining gemeten varierende van 5 tot 40 graden en met een zonsdiameter van 0.5 graad wordt het erg lastig om de eclipse in beeld te houden. Omdat ik vooral wilde waarnemen, en bij voorkeur niet door de zoeker, heb ik alles automatisch opgesteld, met de statieven aan de reling gebonden, met de hoop dat de sluiter minstens een keer op het juiste moment klikt. Ik had wel gekozen voor een 200 mm lens in plaats van mijn gebruikelijke 600 mm.
Wat de resultaten zijn was bij het schrijven hiervan nog niet bekend omdat ik nog volledig analoog werk. Maar een verhaal mag verwacht worden bij het komende VVS weekend.
De nacht en de vroege ochtend voor de eclipse kenmerkte zich door een extreem hoog ‘uit bed vallen’ gehalte. De kapitein was bezig met allerlei scheepsbewegingen om te zien in welke vaarrichting de deining minimaal zou zijn. Bij het ontbijt vloog weer van alles door de lucht en in de keuken moeten ze zo ondertussen wanhopig geworden zijn.
Maar deze bewegingen bleken ineens van minder belang want op de dag van de eclipse zelf was het ‘s ochtends bewolkt en het regende zelfs. Iedereen werd daar zenuwachtig van en de specialisten gingen wederom in de weer met laptop en sateliettelefoon om de laatste weergegevens te downloaden. Uiteindelijk werd besloten om recht een fikse regenbui in te varen omdat daarachter een gat in de bewolking zou moeten zitten. En met de juiste koers en de juiste snelheid zouden we precies op de juiste tijd op de juiste plaats zijn met een open hemel.
Bij eerste contact waren er nog veel te veel wolken maar de totaliteit werd waargenomen bij onbewolkte hemel, in het zenit althans. Een knap staaltje van navigatie kunst en weersvoorspelling aangezien ons totaliteits pad daar slechts 22 km bedroeg. Later bleek dat we ‘spot on’ op de centrale lijn zaten.
Iedere keer weer sta ik versteld van dit prachtige schouwspel. De eclipse was erg rood. Dit omdat de chromosphere zo overduidelijk aanwezig was. Bailey beads waren overal en ik zie nog duidelijk die grote rode protuburans op ‘10 O’clock’. De buiten corona viel niet echt op en ook door het binoculair was het de chromosphere die de overhand had. En vlak boven de verduisterde zon, op slechts 2.5 graden stond Venus te schitteren met een magnitude van –3.4. Een unieke combinatie waarvan slechts een handvol, door dit verschijnsel gefascineerde, mensen getuige waren.
En ineens, veel en veel te snel was daar de tweede diamanten ring en het was gedaan.
Hoewel deze 31.7 seconden eclipse langer duurde dan de 26 seconden van m’n ‘aussie’ eclipse van 2002 leek het voor m’n gevoel aanzienlijk korter. De euforie was er niet minder om. En dan is er tijd voor de champagne om de eclipse te vieren om daarna weer 4 dagen terug te varen naar de Galapagos eilanden.
Buiten ons, de eclipse waarnemers en crew op de M/V Galapagos Legend, waren er nog zo’n 800 personen (waarnemers en crew) die de eclipse als totaliteit hebben kunnen waarnemen vanaf zee. Vanuit Tahiti waren eveneens 2 schepen uitgevaren richting een zuidelijker punt op de centrale lijn. Zij hebben de eclipse waargenomen bij lichte bewolking.
LN